De NS heeft na 46 jaar afscheid genomen van het Stadgewestelijk Materieel (SGM), zoals de eerste en oudste Sprinters officieel heten. De verouderde treinstellen zonder airconditioning en een toilet worden opgevolgd door de Sprinter Nieuwe Generatie. Een laatste ‘oudje’ gaat naar het Spoorwegmuseum in Utrecht.
In totaal heeft NS 90 SGM-treinstellen van bouwer Talbot gehad. Reizigers kwamen de treinen de afgelopen jaren al steeds minder tegen. De allereerste SGM rolde in maart 1975 uit de fabriek. Een geheel nieuw type trein met meer en bredere deuren en meer motoren dan ouder materieel. In 1983 werd de laatste van de in totaal 30 tweedelige en 60 driedelige treinen aangekocht. Ze reden vooral veel rond Amsterdam, Den Haag en Rotterdam.
Begin jaren 2000 kreeg de SGM een volledige metamorfose en veranderde de iconische kleur geel naar een combinatie van wit, blauw en geel. Ook werd het interieur volledig vernieuwd. Tegelijkertijd werd de bijnaam Sprinter de standaard voor het regionale treinverkeer van de vervoerder: geen stoptrein meer, maar Sprinter. Eind 2018 kwam de Sprinter Nieuwe Generatie op het spoor.
De SGM-treinen krijgen een tweede leven door middel van hergebruik en recyclen. Zo zijn verschillende onderdelen hergebruikt in andere treintypes en zijn er 800 treinramen gedemonteerd voor de bouw van een fietsenstalling nabij station Eindhoven.
Nadat alle bruikbare materialen en onderdelen een tweede leven hebben gekregen, wordt de trein circulair ontmanteld en worden de overgebleven onderdelen zo goed mogelijk gescheiden voor recycling. De allerlaatste trein reed zijn laatste rit tussen Zwolle en Utrecht.